groot (circa 1402-1415) NOORDELIJKE NEDERLANDEN (NETHERLANDS) - HERTOGDOM GELRE - REINALD IV VAN GULIK, 1402-1423 - Meeuw of Reinolduspenning van 4 z. aEF
vz. Schuin geplaatste wapenschilden van Gelre en Gulik met boven elk schild een toernooihelm met een rijk versierd helmteken, binnen een parelcirkel, omringd door de tekst RЄINALD′•DVX•IVL•Z•GЄL•Z•CO•Z• kz. Lang gevoet kruis geplaats over een parelcirkel met in ieder kwartier een klimmende leeuw naar links en in het hart een schild met daarbinnen een dubbelkoppige rijksadelaar, omringd door de tekst MONЄT - A•NOVA - ARNЄM - ЄNSIS:Al tijdens de regering van hertog Willem I (1377-1402) was sprake van een sterke geldontwaarding. Ten opzichte van de groot van 1380 was de zilverinhoud van de groot aan het einde van zijn regering gedaald tot minder dan de helft. Bij aantreden had Reinald IV zich voorgenomen om een einde te maken aan deze muntverzwakking. Hier kwam echter niets van terecht. Dit bleek uit de nieuwe muntreeks die in vanaf 1402 te Nijmegen en Arnhem werden geslagen. Deze stukken werden nog iets lichter gemaakt dan voorheen en bovendien uitgegeven tegen dubbele waarden. Wat voorheen een dubbele groot was, werd nu uitgegeven voor 4 groten, een groot werd nu uitgegeven voor 2 groten etc. Gedurende de regering van Reinald IV zou de geldontwaarding zich verder voortzetten. In 1423 was waarde van de muntstukken met zo′n 30% gedaald ten opzichte van 1402. Het muntstuk van 4 groot dat hier aangeboden wordt had naast Reinolduspenning noch diverse andere benamingen bij de bevolking en boekhouders in de verschillende Gelderse kwartieren. Zo werd het in Nijmegen aangeduid als ′meeuw′, in Arnhem als ′blenk′ en in Zutphen als ′coppert′. Already during the reign of Duke William I (1377-1402), there was significant devaluation. Compared to the groot of 1380, the silver content of the groot had fallen to less than half by the end of his reign. Upon taking office, Reinald IV had intended to put an end to this devaluation. However, nothing came of it. This was evident from the new series of coins minted in Nijmegen and Arnhem from 1402 onwards. These coins were made slightly lighter than before and, moreover, issued at double the value. What had previously been a double groot was now issued for 4 groot, a groot was now issued for 2 groot, and so on. The devaluation continued throughout Reinald IV′s reign. By 1423, the value of the coins had fallen by approximately 30% compared to 1402. The 4-groot coin offered here had several other names besides the Reinolduspenning, among the population and accountants in the various Gelderland districts. For example, in Nijmegen it was called "meeuw" (seagull), in Arnhem it was called "blenk", and in Zutphen it was called "coppert."van der Chijs 9,8 | Geschiedenis van Gelre, pag.269, no.29 | collectie de Wit 999 Lichte zwaktes van de slag, doch nauwelijks gecirculeerd exemplaar. Zeldzaam in deze hoge kwaliteit. pr-
Please respect our order minimum of 20 Euros. For EU only IBAN payment please. Shippings to China are on risk of the buyer and only payment by bankwire or WISE. Shipping will take place within 5 days after receipt of payment. Sendings to Russia,Ukraine and Israel are not possible. Additional administration- and risk costs for PayPal & creditcard payments. No PayPal or creditcardpayments possible for orders over 10.000 euro.